Het is alweer een aantal jaar geleden dat ik voor het eerst mensen op een SUP zag. Het leek me saai en belegen. Ik schaarde het meteen onder de categorie “ANWB toerisme” en ik heb de illusie daar veel te hip voor te zijn.
Een paar jaar geleden kwam ik erachter dat er een SUP-verhuur bij het kanaal achter mijn huis gestart was. Ze boden een introductieles aan om 7 uur in de ochtend op een zaterdag. Achterlijk vroeg en dus niet logisch. Maar ik hou van onlogica dus nu was ik toch wel geinteresseerd. Laat ik dan tenminste een keer zo’n ANWB board geprobeerd hebben voordat ik het definitief af mag schrijven als saai en duf. En ik had toch niets beters te doen op dat tijdstip.
Een jaar later had ik zelf een board en nu kan het me helemaal niks schelen dat ik vol meega in de hype. Daarvoor is dat SUP-pen gewoon te leuk, spannend, ontspannend, enorm uitdagend en fit-makend. Vakantie op een opblaasplankje, dat is het eigenlijk.
Voor het eerst in mijn leven heb ik zelfs een soort van heel lichtbruine waas op mijn benen omdat het me niet eens meer interesseert dat mensen mijn albinopootjes zien (voor mijn melkflessende medemens: ik heb me toch een partij zwartgeblakerde benen, ik zweer je!!).
Met die veel te witte blote benen in het openbaar verschijnen, dat was jarenlang ‘een dingetje’ voor mij. En toen bedacht ik me dat als ik dan toch met dingetjes bezig was, ik net zo goed een dingetje in Noorwegen kon gaan doen. Dus na 25 jaar weer eens kamperen. Met wildvreemden. Op een SUP-board kilometers ver van plek naar plek peddelen. Met high-tech gevriesdroogd voedsel. Met low-tech poepen in een zelfgegraven kuiltje in het bos. Met zeeploos baden in het belachelijk koude water van het diepste fjord daarzo. Met zelf vuur maken met een magnesiumstick (lukte niet), met ruim 2 minuten zonder adem in je longen nog steeds heel relax in leven zijn omdat Wim Hof zegt dat dat kan (lukte wel) en met noodgedwongen een dag langer vastzitten op een plek omdat de wind te hard in de verkeerde richting woei om weer verder te kunnen trekken.
Het speciaal voor deze expeditie aangeschafte peperdure waterdichte regenjasje heb ik nooit hoeven te gebruiken. De simpele plastic spork van twee euro bleek daarentegen van onschatbare waarde want rendierstoofvlees of havermoutpap eten met je vingers is niet te doen.
Noorwegen, ik was in jou en ik mis je verschrikkelijk.